Het overgrote deel van de bevolking van Nederland is bedroefd over de toekomst van het land

Bijna 90 procent van de Nederlanders vindt dat het niet de goede kant opgaat met het land. Het sentiment is het meest negatief in Zeeland, Zuid-Limburg, Drenthe en delen van Friesland, Groningen, Flevoland en Zuidoost-Brabant, Financieel Dagblad Rapportages op basis van een onderzoek van de Rabobank.

De bank peilde in het voorjaar van 2022 onder meer dan 10.000 inwoners van Nederland of zij vinden dat het land over het algemeen de goede of de verkeerde kant opgaat. De Rabobank zei dat het beeld dat ontstond negatief was.

Zo’n 39 procent zei dat de richting van Nederland duidelijk verkeerd was. Nog eens 47 procent zei dat het land iets meer de verkeerde dan de goede kant op ging. Slechts 1 procent vindt dat Nederland duidelijk de goede kant op gaat.

Volgens de Rabobank is er een verband tussen een goed gevoel en een gevoel van welzijn. Wie qua brede welvaart minder welvarend is, is eerder geneigd de koers van de staat als verkeerd te beoordelen. Deze factoren komen samen in regio’s aan de rand van het land, waar de brede welvaart laag is en het negatieve sentiment sterk.

Het is duidelijk dat mensen op het platteland meer welvaart ervaren dan in de steden. Stedelingen worstelen meer met milieu, veiligheid en maatschappelijke betrokkenheid. Desondanks is het sentiment in stedelijke gebieden over het algemeen positiever dan op het platteland. Amsterdam en Tilburg scoorden beide relatief gunstig.

Ook de sociaaleconomische achtergrond van mensen speelt een belangrijke rol bij de waardering van Nederland. Mensen met een lagere opleiding of gezondheidsproblemen zijn niet alleen minder welvarend, maar ook pessimistischer over de toekomst van Nederland.

READ  Stikstofdoelen haalbaar door gerichte inkoop bij 5.000 telers: rapport

Volgens de Rabobank zou de overheid haar welzijnsbeleid minder moeten richten op traditionele territoriale indelingen en meer op specifieke groepen die achterblijven in brede welvaart. “Dergelijk beleid kan een regionale component hebben wanneer groepen in bepaalde regio’s oververtegenwoordigd zijn, maar ze lopen het risico de plank mis te slaan als ze er alleen maar van uitgaan dat welvaartsverschillen vooral tussen regio’s voorkomen”, aldus de bank.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *