Sivan Hasan passeert het einde van de 10.000m finale. Foto: ANP
Nederland mag zich na de Olympische Spelen gerust de titel van nummer één land in de atletiek noemen. Het team eindigde als zesde op de medaillespiegel in Tokio met acht medailles.
Nederland was goed voor twee keer goud (Sivan Hasan 5.000 en 10.000 meter), drie keer zilver (Anouk Vetter op de zevenkamp, Abdi Nagy op de marathon en de 4×400 estafette voor heren) en drie keer brons (Hassan op de 1.500 meter, Emma Ostrogel op de zevenkamp en Femke Paul op de zevenkamp). 400m hordenloop.
De VS heeft het hoogste aantal sportmedailles: in totaal 26 (zeven gouden, twaalf zilveren, zeven bronzen). Verrassend genoeg werd Italië tweede met vijf gouden medailles. Kenia verzamelde tien medailles (vier gouden, vier zilveren en twee bronzen).
Van oudsher de belangrijkste atletieklanden achter Nederland
De Europese Indoorkampioenschappen in maart in Polen waren al de voorbode van een ongekende oogst in Tokio. Met vier gouden, zilveren en bronzen medailles nam het team de leiding in het medailleklassement.
Daarna volgden van oudsher grote atletieklanden als Groot-Brittannië en Duitsland de tweede plaats na Nederland, en dat was ook het geval bij de Spelen in Tokio. De Britten scoorden zes medailles, terwijl de Duitsers slechts drie scoorden.
Je kunt deze onderwerpen volgen
TV-fanaat. onafhankelijke denker. Liefhebbers van sociale media. Totale spekliefhebbers. Verbonden.
“Woedend nederige communicator. Typische baconfan. Gepassioneerde schrijver. Trotse popcultuurfanaat. Internetspecialist.”